Redactie
18 maart 2020, 07:44
Het fotograferen van bloemen en planten is voor de beginnende macrofotograaf een mooi startpunt, maar het klinkt eenvoudiger dan dat het is. We leggen je de basis uit.
Bloemenfotografie
Een madeliefje is natuurlijk niet zo bewegelijk als een insect of spin, maar vergis je niet, er is maar een klein zuchtje wind voor nodig om het te laten bewegen. Probeer dus de ergste wind altijd af te schermen, zodat je het jezelf niet te moeilijk maakt.
De bloem kan relatief veel wind vangen, waardoor deze al snel zal bewegen.
Foto: Gertjan Ketelaars (Gertjanketel.zoom.nl)
Bloemen zijn er in allerlei soorten en maten, maar als je goed oplet, zie je dat veel onderdelen van de bloem ook in andere bloemen terugkomen. Door de kleine scherptediepte die je kunt creƫren, kun je de focus heel specifiek op bijvoorbeeld alleen de meeldraden leggen. Je isoleert daarmee een specifiek onderdeel van de bloem. In sommige gevallen is dat mooi, maar er zijn ook situaties waarbij het juist mooier is om de bloem in zijn geheel van de achtergrond te isoleren. Als je veelvuldig bloemen fotografeert, krijg je daar gaandeweg steeds meer oog voor.
Sommige bloemen kun je op macroniveau haast niet meer als bloem herkennen!
Foto: Kees Willemstein (kees-willemstein.zoom.nl)
Meeldraden lijken haast opzichzelfstaande bloemen te zijn.
Foto: Bert de Vos (bedevo.zoom.nl)
Plantenfotografie
Bij planten is het juist mooi om de focus op de bladeren te leggen. Door te fotograferen met een beetje tegenlicht, lichten de nerven mooi op. Je ziet dan heel duidelijk de opbouw van het blad, wat een vervreemdend effect heeft.
Tegenlicht zorgt dat de structuur nog beter zichtbaar wordt, omdat de schaduw aan de kant van de camera valt en daardoor veel contrast toevoegt aan de randjes.
Foto: Geert Jan Veldthuis (mouse58.zoom.nl)
Dat planten over het algemeen groen zijn, betekent dit niet dat je niet met kleur kunt werken. Verschillende groentinten kunnen op een rustige manier voor een sfeervolle afwisseling in je beeld zorgen. Bovendien kun je zoeken naar extra onderwerpen die je planten wat meer charme geven. Dauwdruppels zijn hier een erg populair voorbeeld van.
De dauwdruppels geven meer spanning aan het beeld.
Foto: sandraraangs.zoom.nl
Zorg dat je bij het fotograferen van bloemen en planten altijd een klein schaartje bij je hebt. Zo kun je een hinderlijke grasspriet die voor je beeld springt, eenvoudig uit de weg helpen.
Planten in je eigen tuin
Het leuke van bloemen- en plantenfotografie in je tuin is dat je zelf met de juiste aanplanting voor een leuke variatie kunt zorgen en al vroeg in het jaar met de fotografie kunt beginnen. Met de aanplanting van stinsenplanten kun je zelfs al in maart aan de slag.
Stinsenflora zijn de kleurige verrassingen in het vroege voorjaar. In Nederland en BelgiĆ« komen ongeveer dertig verschillende soorten stinsenplanten voor. De eerste planten die verschijnen, zijn de winterakoniet en het sneeuwklokje. Andere soorten zijn het lelietje-van-dalen, de boerenkrokus en de wilde hyacint. Dat zijn stuk voor stuk prachtige bloemen om te fotograferen, zeker wanneer je er macrofoto’s van maakt.
Wanneer de sneeuwklokjes opkomen, betekent dat voor veel fotografen de start van het macroseizoen!
Foto: Brigit van Mourik (mourik57.zoom.nl)
