
Meer leren over het fotograferen in de nacht? Bekijk dan de volledige Cursus Licht in het Donker in Zoom Academy. Hierin leer je alles over het fotograferen bij weinig licht en nog veel meer!
Voor de fotograaf ligt dat anders. Nee, zodra de zon na een mooie dag onder de horizon verdwijnt, gaat het bij ons tintelen. Dit is wanneer óns licht begint: het begin van de periode waarin foto’s echt anders zijn dan overdag. Als wij op het camerascherm de beelden zien verschijnen die we in het donker maken, waarbij we zelf lang niet zoveel zien, komt er iets los. Het is een soort magie. De camera kan door middel van een lange belichtings- of sluitertijd een beeld vastleggen dat wij met ons blote oog niet eens kunnen zien. Zo kunnen we ’s nachts veel creatieve dingen doen. Denk aan sterrensporen, lichtsporen, lightpainting, de sterren fotograferen of gewoon spelen met het licht in de stad. Tijdens het nachtelijk duister zijn er tal van mogelijkheden om te fotograferen. In dit artikel bespreken we diverse soorten fotografie die we tijdens de nacht kunnen uitoefenen, te beginnen met de meest laagdrempelige.
Straatfotografie
Heb je er wel eens aan gedacht om ’s nachts tijdens een regenbui de straat op te gaan? Dit kan spectaculaire beelden opleveren, vooral in de stad. Als we ’s nachts over straat lopen om te fotograferen, is het vooral mooi om de sfeer van een stad vast te leggen en daarbij tegelijkertijd op details te letten. We fotograferen uit de hand. In grotere steden is nog steeds meer dan genoeg licht aanwezig, en met de technologie van de camera’s van tegenwoordig is het geen probleem om de iso-waarde iets op te schroeven om de sluitertijd kort genoeg te houden. Bij straatfotografie in het donker zijn legio mogelijkheden. Probeer te spelen met licht. Zo zijn er in steden altijd veel verschillende kleuren uithangborden. Vooral in Aziatische steden zie je vaak prachtige lichtspektakels, maar ook in Nederland kun je mooie foto’s maken op straat. Het is tenslotte over een paar maanden alweer kerst. Kerst is een geweldige tijd om ’s avonds en ’s nachts de straat op te gaan. Ga eens naar buiten in de regen en fotografeer de mensen in tegenlicht. Probeer regenplassen te vinden voor mooie reflecties. De sfeer tijdens een regenavond is vaak prachtig en biedt tal van mogelijkheden.
Lichtsterk
Om ’s nachts uit de hand scherpe foto’s te maken, is het van belang om een ‘snelle’ ofwel lichtsterke lens te gebruiken. Denk bijvoorbeeld aan een 35 mm F 1,8 of F 1,4 of een 50 mm F 1,8 of lichtsterker. Gebruik een sluitertijd van rond de 1/120 seconde of korter. We fotograferen vaak veel bewegende onderwerpen op straat, zoals mensen of auto’s. Omdat we alles het liefst scherp willen hebben, gebruiken we een korte sluitertijd met een hogere iso-waarde. Denk daarbij aan minimaal iso 1600 tot 6400. Veel camera’s hebben tegenwoordig ‘Auto ISO’, waarbij de camera zelf de iso-waarde bepaalt. Dit is erg handig. Hierbij kunnen we namelijk vaak ook onze ‘minimale sluitertijd’ instellen, dus rond de 1/120 seconde bij een iso-bereik van 1600 tot 6400. De camera doet dan al het werk voor je, zodat je je meer kunt richten op de momenten en composities.
Stadsfotografie
Ook steden zijn in het donker vaak mooi te fotograferen. Met alle lichtjes komt een stad echt tot leven. De kunst om dit vast te leggen zit hem vaak in de foto op precies het goede tijdstip maken. Niet zelden is dat tijdens ‘het blauwe uurtje’, dat trouwens doorgaans maar een minuut of tien duurt. Tijdens deze periode is het contrast tussen het nachtlicht en het stadslicht perfect om een mooie, goed belichte foto te maken. Als je na dit moment fotografeert, zie je dat het contrast langzaam groter wordt, en dat de stadslichten overbelicht raken ten opzichte van de rest van het beeld. Dit is wel op te lossen met meerdere belichtingen, maar het licht wordt eigenlijk nooit zo ‘rustig’ als tijdens het blauwe uur. Wil je dus steden of gebouwen gaan fotograferen in het donker? Zorg dan dat je op het juiste moment aanwezig bent!
Nachtelijke landschappen
De meeste landschapsfotografen focussen zich op de zonsopkomst en zonsondergang. Dan is het licht vaak het mooist en toegegeven: de kleurenspektakels die zich soms voordoen, doen het vaak prachtig op een foto. Maar vergeet vooral de nacht niet! ’s Nachts kan een landschap pas echt tot leven komen. Een landschap verlicht door de maan ziet er bijvoorbeeld prachtig surrealistisch uit op een foto. Landschappen gecombineerd met de sterrenhemel geven weer een compleet ander effect. Landschapsfotografie bij nacht is een vak apart.
Een landschap fotograferen met de Melkweg erboven is tegenwoordig erg populair. Dit is niet altijd even makkelijk, en je komt hierbij echt de limiet van je camera tegen. Vaak wordt beweerd dat apparatuur niets uitmaakt en dat het puur gaat om de vaardigheden van de fotograaf. Bij het fotograferen van de Melkweg gaat die vlieger niet helemaal op. Hier is het namelijk belangrijk hoe goed de camera presteert bij hoge iso-waarden. Moderne cameramodellen scoren op dit vlak beter dan wat oudere camera’s. Je zult dus met een moderne camera minder ruis ervaren bij het fotograferen met een hoge iso-waarde.
Bij het fotograferen van de Melkweg moet je met een aantal dingen rekening houden. Allereerst moet het vanzelfsprekend onbewolkt zijn. Verder moet de maan (vooral hier in Nederland) niet zichtbaar zijn. Het moet dus nieuwe maan zijn, of de maan moet simpelweg nog niet zijn opgekomen of al zijn ondergegaan. Ook moet het donker genoeg zijn. Lichtvervuiling is vooral in een dichtbevolkt land als Nederland heel sterk aanwezig. Er zijn hier dus maar weinig plekken waar het écht donker is.
De Melkweg ziet er anders uit op verschillende plekken op de aarde. Zo komt de ‘core’ dicht bij de Noordpool vrijwel nooit boven de horizon. Je ziet vrijwel nooit goede Melkwegfoto’s uit landen als IJsland en Noorwegen. Op het zuidelijk halfrond zie je juist veel meer van de Melkweg; denk aan de prachtige nachtfoto’s uit Australië en Nieuw-Zeeland. Hier in Nederland komt het ‘mooiste’ gedeelte van de Melkweg, de ‘core’ dus, boven de horizon vanaf pakweg maart tot oktober. In de winter zul je deze niet zien. Dat maakt het echter niet minder leuk om de Melkweg ’s winters te fotograferen!
Wat de techniek betreft: gebruik je meest lichtsterke groothoeklens, bij voorkeur met een grootste diafragmaopening van F 2,8 of nog groter, of desnoods F 4. Stel het grootste diafragma in (F 2,8 of F 4 dus) en een belichtingstijd van rond de 20-25 seconden bij een brandpuntsafstand van 16 mm. Bij een nog kortere brandpuntsafstand mag de belichtingstijd wat langer zijn; bij een langere brandpuntsafstand korter. Bij te lange belichtingstijden krijg je namelijk sterrensporen door de draaiing van de aarde. Bij de iso-waarde moet je denken aan rond de 3200 hier in Nederland. Ga je naar echt donkere plekken op de wereld, dan is iso 6400 of soms zelfs 12800 aan te raden.
Het is lastig om ruis tegen te gaan bij het fotograferen van de Melkweg, omdat je eigenlijk altijd een hoge iso-waarde gebruikt. Er zijn verschillende technieken om toch een foto te maken met beduidend minder ruis. Een daarvan is het landschap op de voorgrond te fotograferen met een veel langere belichtingstijd op een lagere iso-waarde. Als je normaal met een iso-waarde rond de 3200 30 seconden belicht, fotografeer je bijvoorbeeld de voorgrond met iso 400 en een belichtingstijd van vier minuten. Je zult nu sterrensporen in de lucht hebben, maar je voorgrond ziet er een stuk beter uit. Vervolgens kun je in Photoshop beide foto’s over elkaar heen leggen, en de voorgrond met lagere iso-waarde combineren met de sterrenhemel met hogere iso-waarde.
Een andere techniek die je kunt gebruiken, is ‘noise-stacking’. Bij deze techniek maak je meerdere foto’s met de hoge iso-waarde die je normaal gebruikt voor het fotograferen van de Melkweg: bijvoorbeeld tien foto’s met iso 3200. Deze maak je direct achter elkaar. Die foto’s kun je vervolgens met software over elkaar heen leggen, waardoor het gemiddelde wordt gebruikt van elke foto om zo de ruis uit het eindresultaat te filteren. Elke foto heeft namelijk een ander ruispatroon. Handige tools hiervoor zijn Starry Landscape Stacker (helaas alleen voor Mac) of StarStaX.
Het belangrijkste bij de Melkweg fotograferen boven een mooi landschap is de compositie. Probeer een compositie te maken waarbij de Melkweg echt bij het landschap hoort. Dit is zeker niet makkelijk, vooral omdat je je compositie vaak moet bepalen in het pikkedonker! Zorg er dus voor dat je een head- of zaklamp bij je hebt wanneer je op pad gaat. De voorgrond is het voornaamste bij de meeste foto’s. Het is natuurlijk prachtig als je de Melkweg kunt vastleggen, maar om toch net dat stapje verder te gaan, is een sterke voorgrond belangrijk om je foto compleet te maken.
Die voorgrond kan eigenlijk van alles zijn. Denk aan de bekende invoerende lijnen (‘leading lines’) of objecten die je plaatst op de 1/3-lijnen van het raster van je scherm. Het hoeft niet eens iets spectaculairs te zijn: een stuk steen, een graslijn die mooi loopt, een groepje bloemen, noem maar op. Als er nou echt niks te vinden valt als voorgrond, kun je altijd nog een persoon gebruiken. Bijvoorbeeld jezelf. Dit verleent een extra schaalelement aan je foto. Probeer jezelf op een goede plek in de foto te zetten, niet te dicht bij de camera. Door jezelf ‘klein’ in beeld te brengen, krijg je een indrukwekkender schaalbeeld ten opzichte van de sterrenhemel.
Hoewel het populair is een landschap met de Melkweg te fotograferen, is een landschap onder een volle maan ook erg leuk om te doen. Dat geeft een compleet ander effect. Landschappen bij volle maan fotograferen is redelijk simpel. Ga eens naar een van je favoriete fotolocaties tijdens maanlicht en maak een foto. Je zult zien dat het bijna lijkt alsof die overdag is geschoten. Maar ’s nachts kun je spelen met langere belichtingstijden. Met een belichtingstijd van 30 seconden kun je de wolkenbewegingen vangen. Wolken met volle maan zijn dus juist weer wél mooi. Soms is er mist ’s nachts met manestralen, en bij watervallen en vocht kan er zelfs een ‘maanboog’ optreden. Een volle maan is een prachtige lichtbron die voor veel spektakel op een foto zorgt en een bijna surrealistisch effect geeft.
Spelen met licht
Omdat we ’s nachts vaak langere belichtingstijden gebruiken, kunnen we makkelijk spelen met licht. Een onderdeel hiervan is bijvoorbeeld het gebruik van sterrensporen (‘star trails’). Daarbij maak je eigenlijk één foto met een extreem lange belichtingstijd, waarbij de sterren door de draaiing van de aarde strepen worden. Dit kan voor een mooi effect op de foto zorgen. Ook sterrensporen zijn makkelijk te plannen met de app PhotoPills. Je kunt hiermee precies zien hoe de sporen eruit zullen zien bij een bepaalde belichtingstijd. Ook zie je hoe de sterren zich bewegen in de lucht.
De makkelijkste techniek om sterrensporen te fotograferen, is om die hele lange belichtingstijd op te splitsen in een serie foto’s met een veel kortere belichtingstijd, en deze foto’s vervolgens met behulp van software aan elkaar te koppelen. Voor een star trail van twee uur maak je bijvoorbeeld 120 foto’s met elk een belichtingstijd van één minuut. Vervolgens kun je deze in Photoshop met de overvloeimodus Lichter over elkaar heen leggen, en dan wordt het sterrenspoor zichtbaar. Een beter programma is ook hier weer StarStaX, dat meer opties biedt.
Niet alleen sterrensporen zijn leuk om ’s nachts mee te spelen. Denk ook aan andere vormen van lichtsporen, zoals bijvoorbeeld vuurwerk, staalwol, lampen van bewegende auto’s enzovoort. De creatieve mogelijkheden zijn eindeloos.
De maan
De maan is een prachtig object om te fotograferen. Zoals eerder gezegd is het een geweldige lichtbron om ’s nachts creatief mee om te gaan. Maar ook de maan zelf is niet te versmaden. Zo is het een kunst op zich om de maan vast te leggen, het liefst in combinatie met een gebouw of object om zodoende de schaal goed te laten zien. Als er bijvoorbeeld een ‘supermaan’ of ‘eclips’ is, loopt het internet de dagen daarna vol met foto’s van een erg grote maan boven bijvoorbeeld een skyline, hoog gebouw of rots, berg of ander fotogeniek object. Veel mensen denken dat het merendeel van deze foto’s nep is, maar dit is beslist niet altijd het geval.
Bij deze tak van sport is planning cruciaal. Maar de beloning die je krijgt, geeft veel voldoening. Het enige wat je eigenlijk nodig hebt, is een lange lens. Hoe langer de lens, hoe beter. Met een langere brandpuntsafstand kun je de maan namelijk simpelweg groter op de foto zetten, en is de compressie met de voorgrond ook groter. Denk bijvoorbeeld aan waar je woont. Staat er daar een fraaie kerktoren of een mooi hoog gebouw? Dan is het misschien leuk om de opkomst of het ondergaan van de maan daarboven of daarnaast vast te leggen. Er zijn tal van mogelijkheden. De belangrijkste vereisten zijn een hoog gebouw en een goed uitzicht vanaf een nabijgelegen locatie.
Bij het plannen van een maanfoto ga je als volgt te werk. Eerst kies je een mooi hoog object. Het ligt het meest voor de hand om een foto van de volle maan te maken, maar je kunt er ook voor kiezen om het bijvoorbeeld met een halve maan te doen. De keuze is aan jou. Kijk waar de maan opkomt of ondergaat ten opzichte van het gekozen object. Dit kun je nagaan via bijvoorbeeld www.mooncalc.org of met de smartphoneapp PhotoPills. De maan komt van dag tot dag op een iets andere plek op gedurende het jaar, en dat geldt ook voor de plek waar de maan weer ondergaat. Als de opname die je in gedachten hebt dus niet mogelijk is op een bepaalde datum, kan het later dat jaar misschien wel.
Kijk nu op Google Maps in de lijn van de maanopkomst (of -ondergang) voor een goede locatie om te fotograferen. Het liefst fotograferen we het object van redelijk veraf. Dit hangt mede af van wat voor lens je gebruikt. Hoe langer hoe beter. 600 mm of meer is aan te raden, maar met een 300-400 mm kan het ook. Qua afstand moet je denken aan een kilometer of meer. Hoe langer de lens en hoe groter de afstand, hoe beter immers de compressie. Zo kunnen we bijvoorbeeld met een 2000 mm lens (of het equivalent daarvan bij een kleinere sensor) de maan geweldig groot op de foto krijgen. Hierbij moeten we dus wel een grote afstand aanhouden tot het object dat we samen met de maan op de foto willen hebben, omdat we juist het object vrij klein op de foto willen en de maan heel groot. Dit geeft een indrukwekkend effect. Zodra we de locatie hebben bepaald, is het tot slot goed kijken wanneer de maan opkomt voor ons shot. Het is aan te raden een locatie te kiezen die enige bewegingsvrijheid biedt. Zo kun je als je berekeningen niet honderd procent kloppen, nog wat uitwijken naar rechts of links om zo uiteindelijk je maanfoto alsnog helemaal naar wens te krijgen.
Een maanfoto is een uitdaging. Het is erg leuk om te doen, al lukt het je misschien niet in één keer perfect. Maar hier leer je van. De tweede keer gaat het gegarandeerd een stuk makkelijker, en het zal je inspireren om overal uit te kijken naar mooie torens voor eventuele maanfoto’s. Hou er rekening mee dat maanfotografie verslavend kan zijn!
Het noorderlicht
Sommigen van jullie trekken misschien ’s winters richting het noorden om het noorderlicht vast te leggen. Het noorderlicht fotograferen is eigenlijk een van de lastigste vormen van nachtfotografie. Schrik niet: de aurora zelf vastleggen is vrij simpel. Maar om een perfecte aurorafoto te maken, moeten er verschillende dingen samenkomen. Ter afsluiting van dit artikel een aantal praktische tips:
- De aurora fotograferen bij maanlicht is vrij simpel, en je hebt dan geen extreem hoge iso-waarde nodig. Let wel op schaduwen in beeld, vooral die van jezelf en je statief.
- Als de intensiviteit van de aurora erg laag is en je ziet alleen een groene band op je scherm, kun je makkelijk een belichtingstijd van rond de 20-25 seconden gebruiken. Eigenlijk hetzelfde als bij het fotograferen van de Melkweg.
- Als de intensiteit heel hoog is, beweegt de aurora vrij snel. Als je echt de structuur van de aurora wilt vastleggen, moet je dus een kortere belichtingstijd gebruiken. Het liefst rond de 2 tot 6 seconden, afhankelijk van hoe snel de aurora beweegt. Je hebt dan dus een hogere iso-waarde nodig.
- Reflecterende voorgronden zijn prachtig om te gebruiken bij het noorderlicht. Zo heb je tweemaal zoveel aurora in je foto’s!
- Een aurora kan soms over de hele hemel tekeergaan. Voel je niet beperkt door de brandpuntsafstand van je lens. Je kunt altijd een panoramafoto maken!
- Vergeet tot besluit vooral niet te genieten bij het zien van een mooie aurorashow. Dit is wat wij fotografen toch vaak vergeten, omdat we zo druk bezig zijn om alles mooi op de foto te krijgen.
Pluk de nacht!
Met al deze vormen van nachtfotografie zit je nu vast barstensvol ideeën. De nachten worden snel korter en we gaan zoetjesaan de winter weer in. Er is dus binnenkort weer veel tijd om bezig te zijn met nachtfotografie. We zien jullie foto’s vol verwachting tegemoet op Zoom.nl!
Zoom Academy
Bekijk ook de volledige Cursus Licht in het Donker in Zoom Academy. Hierin leer je te fotograferen bij weinig licht en nog veel meer!
Zo leer je onder andere:
- Alles over de benodigde apparatuur
- Het fotograferen in de avonduurtjes in steden
- Hoe je de sterren in de nacht kunt vastleggen
- Nog veel meer over het blauwe uur en lightpainting
Bekijk hier de volledige Cursus Licht in het Donker.